Er is werk aan de winkel!
De Corporate Sustainability Reporting Directive komt er aan
Op Europees niveau is een ‘sustainability due diligence’ richtlijn in de maak die ondernemingen gaat verplichten permanent onderzoek te doen naar hoe zij zelf en hun partners in de waarde keten bijdragen aan de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen.
Daarnaast is in november 2022 het Europese parlement akkoord gegaan met het invoeren van de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD). Deze richtlijn komt in de plaats van de oude Non-Financial Reporting Directive (NFRD) en het “Besluit bekendmaking niet-financiële informatie“ op grond waarvan Nederlandse bedrijven in 2018 voor het eerst verplicht waren over het boekjaar 2017 hun niet financiële informatie te publiceren. Eind 2019 heeft de Europese Commissie besloten om deze laatste richtlijn aan te scherpen.
In juni 2020 heeft de Europese Commissie vervolgens opdracht gegeven aan de European Financial Reporting Advisory Group (EFRAG), de club die de Europese Commissie van technische adviezen voorziet op het gebied van financiële rapportages, om de eisen die de CSRD stelt aan rapportages uit te werken in Standaarden, de European Sustainability Reporting Standards (ESRS). Deze standaarden, die in detail beschrijven welke informatie openbaar gemaakt moet worden, zijn eind november door EFRAG gepubliceerd. Er zijn 2 algemene standaards, 5 die betrekking hebben op het milieu, 4 die betrekking hebben op sociale onderwerpen en 1 die betrekking heeft op governance gerelateerde zaken zoals onder andere bedrijfscultuur, politieke beïnvloeding en omkoping.
ESRS 1 General principles | ESRS 2 General, strategy, governance and materiality assessment | |||
ESRS E 1 Climate change | ESRS E 2 Pollution | ESRS E 3 Water and marine resources | ESRS E 4 Biodiversity and ecosystems | ESRS E5 Resource use and circular economy |
ESRS S 1 Own workforce | ESRS S 2 Workers in the value chain | ESRS S 3 Affected communities | ESRS S 4 Consumers and end-users | |
ESRS G 1 Business conduct |
Het is belangrijk te onthouden dat de ESRS standaards alleen aangeven hoe en over welke zaken gerapporteerd moet worden. Het zijn dus geen inhoudelijke eisen waaraan het beleid van de onderneming moet voldoen. In de standaards staat bijvoorbeeld dat gerapporteerd moet worden hoe het toezicht op het duurzaamheidsbeleid en het daarmee verbonden risicomanagement in de governancestructuur wordt verankerd en hoe in die structuur is vastgelegd dat informatie daarover ook bij het bestuur en toezichthoudend orgaan terecht komt. Aan die standaard wordt ook voldaan als de rapportage meldt dat dit zaken betreft die (nog) niet geregeld zijn, al wordt dan aangegeven dat het aanbeveling verdient te melden wanneer wel aan dat punt voldaan zal worden. Inhoudelijke dwang ten aanzien van beleid zal eventueel uitgaan van nationale wetgeving, internationale verdragen en voorschriften (zoals de Parijse akkoorden of de Green Deal) en gerechtelijke uitspraken (Shell). De standaards worden verplicht voor grote en MKB beursgenoteerde ondernemingen en voor grote niet beursgenoteerde ondernemingen. De rapportages moeten deel uitmaken van het directieverslag in de jaarstukken en moeten dus gelijktijdig daarmee gepubliceerd worden.
De regels van de CSRD zullen tussen 2024 en 2028 gefaseerd ingaan. De opzet daarbij is dat grote beursgenoteerde ondernemingen als eerste in 2025 moeten rapporteren over boekjaar 2024. Grote ondernemingen zijn ondernemingen die voldoen aan 2 van 3 voorwaarden: tenminste 250 werknemers, € 20 miljoen eigen vermogen en € 40 miljoen omzet.
Vanaf 1 januari 2025 gelden de regels ook voor grote ondernemingen die nog niet onder de huidige richtlijn niet-financiële verslaggeving vallen (dus ook meer dan 250 medewerkers en/of € 40 miljoen omzet en/of € 20 miljoen totaal vermogen) Deze ondernemingen moeten in 2026 komen met rapportages over 2025.
En ten slotte gelden de regels vanaf 1 januari 2026 ook voor beursgenoteerde mkb-bedrijven en andere ondernemingen, die in 2027 met rapportages over 2026 moeten komen.
De rapportages zullen vooral een schat aan informatie opleveren voor de ondernemingsraad ten behoeve van het strategisch overleg. Zo zal op grond van de milieu standaards niet allen gerapporteerd moeten worden over aspecten van het milieubeleid, maar zal ook inhoudelijk gerapporteerd moeten worden over investeringsplannen en financiële effecten van het beleid. Voordat het echter zover is moet er nog heel wat gebeuren.
De ESRS standaards bevatten gedetailleerde openbaarmakingseisen. Per eis zal een onderneming een zogenaamde materialiteitsanalyse moeten maken. Dat wil zeggen dat moet worden vastgesteld of die eis iets betreft voor de onderneming dat een zeker gewicht heeft, een zekere omvang die iets voorstelt. Zou een onderneming over alle in de standaards benoemde openbaarmakingsverplichtingen moeten rapporteren komt dat er op neer dat op zeker 1.000 onderdelen data moeten worden verzameld en gepubliceerd. De verwachting is dat in de praktijk veel ondernemingen op ongeveer 600 punten data zullen moeten verzamelen. Niet alleen over de eigen onderneming, maar ook over ondernemingen waar ze in de waardeketen mee te maken hebben. Dat betekent dat er voor veel ondernemingen flink werk aan de winkel is. Eerste 0 metingen lijken er op te wijzen dat veel ondernemingen die niet onder de huidige NFDR verplichtingen vallen nu nog slechts op 25 tot 30 onderdelen aan de nieuwe verplichting kunnen voldoen. Dat betekent dus, dat er op grote schaal administratieve systemen opgezet moeten worden om de vereiste data te kunnen verzamelen en verwerken.
En daar komt ook de ondernemingsraad in beeld. Want niet alleen luidt artikel 28 lid 4 WOR: “De ondernemingsraad bevordert naar vermogen de zorg van de onderneming voor het milieu, waaronder begrepen het treffen of wijzigen van beleidsmatige, organisatorische en administratieve voorzieningen in verband met het milieu” maar artikel 25 lid 1 sub l geeft de ondernemingsraad vervolgens adviesrecht over “het treffen van een belangrijke maatregel in verband met de zorg van de onderneming voor het milieu, waaronder begrepen het treffen of wijzigen van een beleidsmatige, organisatorische en administratieve voorziening in verband met het milieu”. Dus ook voor de ondernemingsraad is er de komend tijd flink werk aan de winkel.